Begin jaren tachtig schreef Philomena Essed over “alledaags racisme” in Nederland. Alledaags racisme kan direct, indirect, verborgen, openlijk en kleurenblind zijn. Het kan derhalve via allerlei manieren tot uitdrukking komen. Bijvoorbeeld middels vernederingen, ongelijkheden, micro-agressies, sociale uitsluiting, etc. In haar onderzoek van 1984 toonde Essed (door middel van haar interviews met zwarte vrouwen) aan, dat de uitingsvormen van alledaags racisme in Nederland en de V.S. aanzienlijk met elkaar overeenkomen. In de heruitgave van haar onderzoek Alledaags Racisme (2018), zien we dat deze mechanismen, dertig jaar later, in essentie vrijwel onveranderd zijn. Uiteraard heeft Social Media veranderingen in de uitingsvormen van racisme teweeggebracht, aldus Essed. Social Media is een van de instrumenten van alledaags racisme geworden. Daarnaast, zo stelt Essed in het voorwoord van de heruitgave, is er nog een belangrijke verandering opgetreden. Men raakt steeds meer gewend aan openlijke uitingsvormen van haat, wat bedroevend duidelijk wordt binnen het publieke en politieke domein. Men lijkt namelijk sinds de eeuwwisseling steeds meer waarde te hechten aan het recht op vrijheid van meningsuiting. Volgens Essed is er dan ook een situatie ontstaan waarbij veel mensen zelf wel even bepalen of iets racisme is. Wat de ander (die gedwongen wordt het racisme te ondergaan) ervan vindt, wordt weggewoven. Hiermee stelt Essed dat er nog weinig verantwoordelijkheid wordt gedragen voor de mogelijke effecten (zoals het kwetsen of een verharding van de reactie) van hetgeen men zegt. De toename van dit gedrag, het gevoel dat men recht heeft om anderen te beledigen – bijvoorbeeld middels openlijk (cultuur) racisme – is wat Essed ‘entitlement racism’ noemt, ofwel ‘eigengerechtigd racisme’; het misbruiken van het recht van meningsuiting om racistische en vernederende uitspraken goed te praten. Essed benoemt dat “vernedering” een significante rol speelt binnen het concept van eigengerechtigd racisme: “Entitlement racism involves hurting and humiliating those perceived as religious, ethnic or racial Others. Humiliation, a relational phenomenon, has always been a key element of racism. It is an attempt to destroy or violate the dignity of the racialized Other. While it can have the impact of repressing resistance and undermining the self-respect of the Other, it also compromises the dignity of those who humiliate. In addition, a sense of feeling humiliated can trigger unpredictable responses.”

Zoals aangegeven, waren de eerste tekenen van eigengerechtigd racisme zichtbaar rond de eeuwwisseling. Politici voelden zich gestimuleerd om zich “recht voor z’n raap” uit te spreken tegen (Nederlandse) moslims. Essed stelt dat deze Islamofobie, onder de mom van vrijheid van meningsuiting ook een weg opende naar een opleving van openlijk racisme ten opzichte van zwarte Nederlanders. Eeuwenoude gefabriceerde ideologieën van hiërarchie en raciale stereotypen worden in toenemende mate openlijk gehandhaafd. Een voorbeeld hiervan is de “animalisering” van zwarte mensen. Openlijk biologisch racisme lijkt derhalve een comeback te maken en steeds meer “normaal” gevonden te worden in veel alledaagse situaties.

Bronnen