Sophie Bósèdé Olúwolé heeft haar roots in de Nigeriaanse staat Ondo. Zij heeft in verschillende landen gewoond zoals Rusland (Moskou), Duitsland en de Verenigde Staten, maar keerde uiteindelijk terug naar Nigeria. In Nigeria studeerde zij filosofie aan de Universiteit van Lagos en promoveerde als eerste student filosofie in Sub-Sahara Afrika in 1984. Zij begon met het geven van lessen filosofie op middelbare scholen en doceerde het vak later op de Universiteit van Lagos. Op deze universiteit was zij ook decaan. Daarnaast was zij voorzitter van de Nigeriaanse Vereniging voor Filosofie en zij is momenteel directeur van het Centrum voor Afrikaanse Cultuur en Ontwikkeling in Lagos. Dit centrum richt zich onder andere op de ontwikkeling van vrouwen in Afrika.
Olúwolé strijdt voor de erkenning van de Afrikaanse filosofie als eigenstandige filosofie naast andere denktradities. Zij interpreteert Afrikaanse filosofie als een specifieke manier van denken die in het westen onderbelicht en ondervertegenwoordigd is (Olúwolé, 2017: p.13). Olúwolé stelt dat er sprake is van een bevooroordeelde eurocentrische blik waarmee men naar Afrikaanse filosofie kijkt. In de eurocentrische geschiedenis en filosofie wordt het Afrikaans denken vaak neergezet als irrationeel, niet kritisch, emotioneel en intuïtief tegenover het rationele westerse denken. Olúwolé benadrukt dat Afrikaanse denktradities niet beoordeeld moeten worden door westerse ogen, omdat dit respectloos is ten opzichte van de menselijke ervaring in Afrika.
Zij ziet zichzelf als een kritische traditionalist en zoekt naar authentieke elementen in verschillende Afrikaanse tradities die kunnen dienen als grondslag voor Afrikaanse filosofie. Haar standpunt is dat de wetenschap mondelinge tradities dient te analyseren, interpreteren en documenteren om ze te kunnen begrijpen (Olúwolé, 2017: p.142). Mondelinge tradities zijn namelijk de expressie van de Afrikaanse filosofie en vormen volgens haar geen belemmering voor kritisch denken en kritisch analyseren. Zij doorbreekt hiermee de eurocentrische beeldvorming van een “superieure” westerse filosofie t.o.v. een “inferieure” Afrikaanse filosofie. Zij constateert dat mensen, ondanks hun gelijkwaardigheid, niet gelijk zijn. De gelijkheidsgedachte leidt er volgens haar toe dat ongeschikte individuen de macht in handen krijgen in democratieën en grote beslissingen nemen over anderen, terwijl zij hier niet voor gekwalificeerd zijn.
In haar prachtige boek Socrates en Orúnmílá beschrijft zij het verhaal van de Nigeriaanse filosoof Orúnmílá en toont aan dat hij net zoals Socrates een grondlegger was van een klassiek filosofisch gedachtegoed. Samen met zijn volgelingen hield hij zich bezig met natuurkunde, geneeskunde, wiskunde en filosofie. Orúnmílá leefde in Ile-Ife, de hoofdstad van het Yoruba volk uit Nigeria, ten tijde van haar stichting rond het jaar vijfhonderd voor onze jaartelling. Door een westerse vertaalfout werd Orúnmílá vertaald als god van de wijsheid. Deze taalfout heeft verstrekkende gevolgen gehad voor de erkenning van Orúnmílá in de westerse filosofische wetenschap. Zijn teksten kregen een religieuze duiding en werden neergezet als bijgelovige mythologie. Zijn mondelinge teksten werden niet serieus genomen en niet gezien als waardevolle bron. Dit eurocentrische dominante denkkader had gevolgen voor de zichtbaarheid van de Afrikaanse filosofie. De wijsheden van Orúnmílá bieden waardevolle inzichten. Zo was hij van mening dat alle leden van de gemeenschap, niemand uitgesloten, gelijke toegang hadden tot besluitvormingsprocessen. Iedereen, ongeacht achtergrond of sekse, kon een functie in het bestuurlijke apparaat bekleden. Slaafgemaakten en hun kinderen waren net zo gelijk als hun eigenaren, omdat ze gelijk geboren waren en fundamentele mensenrechten deelden (Olúwolé, 2017: p.64). Daarnaast was hij van mening dat vier groepen deskundige mensen de staat moesten besturen: ervaren mannen, ervaren vrouwen, ervaren jongelui, ervaren nieuwkomers.
Sophie toont met haar boek aan dat Afrika een rijke filosofische traditie heeft en iedereen veel kan leren van deze filosofische ideeën met betrekking tot onderwijs, bestuur en politiek.
Bronnen
- Olúwolé, S. B. (2017). Socrates en Orúnmílá. Wat we van Afrikaanse filosofie kunnen leren. Utrecht: Uitgeverij Ten Have.
- Oywewumi, O. (1997). The Invention of a Women. Making an African Sense of Western Gender Discourses. University of Minnesota Press.
- Zie ook werken van deze filosofen: Kwame Gyekye, Kwame Appiah, Paulin Hountondji, Henry Odera Oruka, Mogobe Ramose, Léopold Senghor en Kwasi Wiredu.
- https://www.trouw.nl/home/-de-westerse-filosofie-loopt-al-eeuwen-achter-~a92ab8e9/
- https://www.oneworld.nl/achtergrond/oluwole/
- https://www.trouw.nl/religie-en-filosofie/-we-gaan-dood-aan-westerse-overheersing-~a7e450e0/